Weer de liefde
Omdat het zo lang heeft geduurd voordat de liefde aan de orde kwam en omdat het dit jaargetij nog is: deze week twee liefdesgedichten.
Als eerste een gedicht van Maria van Emmerik.
De ochtend vol damp en vogelgeluid.
Ik kruip tegen je aan,
voel de warmte van je huid.
Het maakt me uitzinnig,
brengt mijn hoofd op hol,
fluister allerlei lieve woordjes
ruik liefdesgeuren, zwaar en vol.
Een intense spanning,
een trillende hand,
mijn mond vochtig zoekend,
een lok haar draaiend om de vinger van mijn hand.
Een vreugde maakt zich van mij meester
en vraag aan jou toch wat bedeesder:
blijf nog even liggen en geniet neem nog wat tijd.
Het leven is leven, als je heerlijk vrijt.
Maria van Emmerik
Het tweede gedicht is van Johannes.
zoekende
soms meen ik je te kunnen volgen
soms geloof ik dat ik je begrijp
soms voel ik je aan
maar nu
bij dit gedicht
voel ik me dichtbij je
je hebt gelijk
en ik zoek
maar weet het gelijk niet te vinden
jouw geest vliegt ergens boven mij
en je lichaam
ik hoop dat het niks tekort komt
de nevels hangen nog steeds over de velden
er dwalen mensen rond
jij
ik
zouden we elkaar daar buiten ooit tegen komen
johannes
Mas Papo dichter van Bernheze