Mas Papo

Home - Actief - 22 april: De mijnen


Gedichten Verhalen Radio Actief - Agenda Diversen

De mijnen

Het hing jaren in de gang. Een hol buisje met erin een rond kogeltje aan een draad. En dat alles aan een gebogen metalen beugel. Ik had het op een stukje hout bevestigd. Maar het zat ooit vast voorop een wagentje dat voortgeduwd werd door de vader van een vriend. Een kolenwagentje. Hij werkte in de mijnen, die vader, en gebruikte het als bel. Als hij zijn wagentje voortduwde, sloeg hij met zijn hand tegen dat buisje en klonk een pingend geluid, zodat men wist dat hij eraan kwam. Onlangs heb ik de bel teruggegeven aan die vriend, omdat de vader is overleden.

De Limburgse groep Carboon zong destijds veel liederen over de mijnwerkers en hun arbeid. De elpee heette "Witste Nog, Koempel...".

De eerste regels van hun lied Et zjwatte loak (het zwarte gat):

Went de kooi noa onge sjuut
dan bin ich wer deë erme kluut
deë onge in dat loak mot sjravele en sjinne
dreihongerd meter iggen eëd
goan ich da buttele wie e peëd

Als de kooi naar beneden schiet
Dan ben ik weer die arme drommel
Die beneden in dat gat moet wroeten en zwoegen
Driehonderd meter onder de grond
Ga ik dan ploeterend als een paard.

Het is dit jaar 50 jaar geleden dat het kabinet van destijds besloot de mijnen te sluiten. Het heeft nog zo'n negen jaar geduurd voor de laatste mijn de Oranje Nassau I werd gesloten. Er was immers gas genoeg en dat was een stuk schoner en veiliger dan de kolenmijnen. In Zuid-Limburg is het dit jaar het "Jaar van de Mijnen".

Mijnen

Ze gingen de diepte in
zo diep als niemand was
een lamp als bron van enig
licht die dag een boor en bel
op de kolenwagen vastgemaakt
een witte lach en een lied
en zorgden voor warmte
in onze huizen

en 's avonds als de lift weer steeg
en het oog aan 't licht moest wennen
kwamen de mannen als slecht
opgemaakte figuren uit
de Black and White Minstrel show
de mijnen uit en wasten elkaar schoon
van buiten
van binnen bleef het stof.

Mas Papo


Vorige Volgende

© Mas Papo 2019