Sonnetten
Shakespeare deed het, vele bekende Nederlandse dichters, zoals Joost van den Vondel en P.C. Hooft deden het. En later deden ook Achterberg en Slauerhoff het. Tegenwoordig wordt het ook gedaan door dichters als Gerrit Komrij (de eerste dichter des vaderlands) en Kees Stip, u weet wel, die van de dierengedichten: het schrijven van sonnetten.
Het sonnet is één van de bekendste vormen van een gedicht. Het bestaat uit 14 regels en heeft een vaste opbouw.
Eén van de bekendste sonnetten is het gedicht "De moeder de vrouw" van Martinus Nijhoff, waarvan bijna iedereen de eerste regel wel kent: Ik ging naar Bommel om de brug te zien. Het is zo'n bekende zin dat de nieuwe brug over de Waal nu de Martinus Nijhoffbrug heet. Dat gedicht is dus ook een sonnet. Een volgende keer meer over het sonnet.
In Bernheze zijn er ook dichters die gedichten hebben geschreven in de sonnetvorm. Op mijn oproep om gedichten in te sturen heeft Hans Manders mij er een opgestuurd (overigens niet die Hans Manders met de koninklijke onderscheiding. Maar misschien krijgt de inzender er ooit ook een voor zijn gedichten!).
Ik ken Hans nog van onze samenwerking aan de bundel "Dichter op de huid", waarin tien Bernhezer dichters ieder tien gedichten presenteerden.
Naast andere dichtvormen heeft Hans het sonnet omarmd en heeft er al heel veel geschreven. De beste heeft hij verzameld in een nieuwe bundel. De bundel heet "Het leven gaat van A tot Z". Er staan meer dan 200 sonnetten in. Zondag 25 november presenteert hij die bundel samen met een tweede bundel met een ander soort gedichten. De presentatie vindt plaats in Cultureel Centrum Serveas in Dinther, aanvang 15.00 uur.
In de bundel ook een sonnet per letter van het alfabet. Hierbij het sonnet dat betrekking heeft op de letter L. De letter van de liefde.
L
Een loflied op de letter van de liefde
En dus van levenskracht en levenslust,
Van wie mij lang geleden heeft gekust,
Al werd ze later niet echt mijn geliefde.
Wat ooit begon als leuke kalverliefde
Werd laaiend vuur dat nooit meer wordt geblust,
Want liefde in ons leven is een must
Sinds eens een pijl van Amor ons doorkliefde.
Wie riep dat hij de liefdesdrank niet bliefde
Die is niet voor het leven toegerust,
Al was er een geliefde die je griefde,
Niet nodig dat jij in dat lot berust.
Ons lichaam immers heeft nog liters liefde,
Raakt nimmer leeg en nimmer uitgeblust.
Hans Manders
Mas Papo, dichter van Bernheze