Wachten
Het spreekwoord luidt: Eerlijk duurt het langst. Maar wat mij betreft duurt wachten nog langer. Het wachten voor het stoplicht, wachten in de file, in de rij voor de kassa, bij de dokter, de tandarts, de kapper. Het wachten op het antwoord, op reactie op gedichten, of op de post die wegblijft, op de mensen die te laat zijn. Of het wachten op de uitslag, de onzekerheid van de uitslag, het wachten. Of wachten op de poëzie die uiteindelijk vanzelf komt. Een bekende uitspraak van de dichter Herman de Coninck is: "Poëzie komt pas als je er op wacht zonder nog te wachten".
Wachten is onveranderd blijven, totdat er iets gebeurt.
En altijd als het wachten te lang duurt, krijg ik sterk de neiging het wachten om te keren in roerloos zitten of om om te draaien en weg te gaan. Naar huis.
Wachten
Het wachten duurt langer
dan de koffie die me niet
wordt gebracht terwijl ik
op de 10 meter brede bank
mijn schrijven controleer.
De mensen kijken en zien
me zitten en willen wel
maar schrijvend is het niet
gedaan iemand aan te spreken.
Dus schrijf ik door, of doe alsof.
De geur van eten geeft me aan
ik heb honger, maar ook naar
het verlaten van dit pand met
spoed, rechtstreeks huiswaarts
te keren en gaan zitten en
nergens mee ingaan en
gewoon te gaan zitten. Hoe krijg ik
dat voor elkaar, het gesprek is
nog niet begonnen, mijn partner
in gesprek nog onderweg. "Grijze
broek, rood jasje en een koffer."
Ik zag er al diverse langs-
komen maar niet een maakte
aanstalten. Bij elke draai
van de deur hoop ik,
nee,
laat hem bellen
dat het over is. Het gesprek
gaat niet door. Dan ben ik
uitgeschreven en kan ik
vertrekken. De navigatie gaf
nog 10 minuten aan, maar
dat is een kwartier geleden.
Het is tijd om op te
stappen. Tijd om te gaan, te
gaan naar waar ik wil zijn.
Daar is ie toch nog.
Grijze broek
rood jasje, koffer.
Mas Papo dichter van Bernheze
|